Janine
Een paar weken geleden ging ik op een maandagavond kijken naar de film “Janine”. Dichtbij waar ik woon is een “filmhuis” waar deze film werd vertoond. De filmvoorstelling was uitverkocht (ik kreeg net voor aanvang de laatste plaats in de zaal omdat iemand zijn reservering niet was komen ophalen). Toch wel opmerkelijk (dat de filmvoorstelling was uitverkocht), vond ik. Evenals het feit dat er doodstil werd gekeken en geluisterd naar deze documentaire, afgezien van het lachen om de reclamejongens die een glossy aan het maken waren voor Janine en zich in passend jargon aan het beraden waren over hoe ze Janine moesten “marketen”. Hoogtepunt van deze beraadslagingen was het moment van de eerste versie van de “glossy”, waar de bouwer van het instrument waarop Janine Jansen speelt gespeld was als “Stradivarus” (dus een speciaal soort Rus: een Stradivarus).
Van Paganini (een beroemd violist uit de negentiende eeuw) werd verteld dat hij nooit oefende. Op dezelfde manier waarop Janine nu gevolgd werd in deze film, schijnt Paganini gevolgd te zijn door een bewonderaar die hem overal achterna reisde. Hij ging (volgens het verhaal) zelfs zo ver dat hij door het sleutelgat van de hotelkamer van Paganini keek om te kijken wat die aan het doen was. Hierbij was het één keer voorgekomen dat Paganini zijn vioolkist had geopend. Paganini’s “stalker” had toen gedacht: “Nu komt het!”. Maar Paganini had alleen een tijdje naar zijn viool gekeken en vervolgens de kist weer gesloten.
Het is grappig om de beschouwingen over het al dan niet oefenen van Paganini te lezen, bijvoorbeeld: “Dat Paganini nooit meer oefende is uitgesloten!”. Het is net zoiets als: “Dat Fermat zijn eigen laatste stelling echt bewezen heeft is uitgesloten!”. In feite denk ik dat ook, hoewel ik mij iets zekerder voel over de bewering over Fermat dan de bewering over Paganini.
Paganini sprak ook over zijn “geheim” (dat hem in staat zou stellen zo goed te spelen). Dat volgen van een beroemd artiest doet daaraan denken: een poging tot ontfutselen van een geheim. Wat dat betreft was het interessant om de opnamen van Janine Jansen te zien op heel jonge leeftijd. Er zijn (zeer krasserige) opnamen van Jascha Heifetz op jonge leeftijd, en volgens mij speelde hij toen een stuk beter dan Janine Jansen op jonge leeftijd. Des te opmerkelijker is om te zien hoe snel Janine beter is gaan spelen; als je naar haar spel als puber luistert -en kijkt- is er werkelijk een wereld van verschil. Dus wat moeten we hieruit afleiden? Ik denk vooral: oefenen onder goede leiding helpt! Of misschien moet ik zeggen: “kan helpen”. Als de aanleg er niet is zal het natuurlijk niet helpen.
Wat vooral interessant was in de film waren de commentaren van haar vriend Julian Rachlin. Hij zei o.a. dat zij alles benaderde vanuit de kamermuziek. Ik denk dat dat waar is. Je zag haar de driestemmige inventionen van Bach spelen, in een zetting voor viool, altviool en cello.
Wat mij weer, niet voor de eerste keer, deed denken dat deze versie eigenlijk ontroerender is dan de versie voor klavecimbel (of piano). In ieder geval: dat is de uitwerking die het op mij heeft.
Ook interessant was het verschil in “nadenken over hoe je het doet” tussen Julian Rachlin en Janine Jansen: Julian Rachlin had het soort training gehad waarbij hij had geleerd zich volkomen bewust te zijn van wat hij deed; volgens hem wilde Janine daar liever niet over nadenken (en daarom ook geen les geven). Wat dat betreft zijn violisten inderdaad zeer verschillend: als je les hebt kun je (volgens mij) maar beter te maken hebben met iemand die wel bereid is daar over na te denken!
En wat “het geheim” betreft: het onttrekt zich aan onze waarneming. Als je elke dag oefent, wordt het steeds beter (of kan het steeds beter worden, zie boven). Wat dat betreft is er een soort analogie tussen de beoefening van wiskunde en het bespelen van een instrument.
Het lijkt er soms op dat er een heleboel ‘s nachts gebeurt, als je slaapt. Bij het opstaan realiseer je je opeens dat… (bij het werken aan een wiskunde probleem). Of je kunt plotseling die passage spelen, waarvan je dacht dat je hem nooit zou kunnen spelen.
Of als componist (of schrijver) weet je ineens hoe je wat je tot nu toe hebt moet voortzetten. Misschien niet heel spectaculair voor de marketing, maar dat is wel hoe het gaat.
Posted in: Music, violinists